De meeste mensen kennen Kerkrade als mijnstad met haar verleden dat gekenmerkt werd door mijnschachten,
steenbergen en koloniën. De mijnsluiting ligt echter alweer 40 jaar achter ons. De zwarte mijnsteenberg Berenbos
werd afgedekt met schone grond en bebost. De verlaten bruinkoolgroeves Herman en Anna ontwikkelden zich tot
een wandelgebied. De Worm, grensriviertje met Duitsland, kreeg meer ruimte en erlangs ontstond een vrijwel
natuurlijk ooibos met een rijke flora en fauna. In de Anstelvallei ontstond het enige stuwmeer van Nederland,
omgeven door prachtige hellingbossen. Daarnaast werden de bossen die in eigendom waren van de mijnen, zoals
het Berenbos, het Kaffebergerbos en het Verboden bosje opengesteld voor het publiek. Ook werden er fraaie
wandelparken aangelegd in het Hambos en het Stadspark.
In de Botanische tuin en GaiaZOO worden bijzondere planten en dieren aan de bezoekers getoond. En niet te vergeten
de van oudsher bestaande bossen Loosbos, Bosquet Rolduc, Schouffertsbos en Beukenbos.
Al deze Kerkraadse natuurgebieden, 21 in totaal, worden in dit boek beschreven met veel aandacht voor de aanwezige
flora en fauna. Maar ook het verleden wordt niet vergeten, zo is er aandacht voor de mijnbouw en enkele historische
gebouwen. Het boek is rijk geïllustreerd met foto’s van de natuurgebieden en de daarin voorkomende planten en
dieren. Verder zijn er veel historische foto’s in het boek opgenomen zodat de lezer zich een beeld kan vormen
van hoe het gebied er vroeger uitzag. Door een aantal natuurgebieden is een wandeling beschreven om zelf op
ontdekking te gaan en zo de groene gemeente Kerkrade nog beter kunt leren kennen.
Kortom, een bijzonder boek voor alle inwoners van Kerkrade, wandelaars en natuurliefhebbers.